Fancy theemerken: zijn die de prijs waard?

De wereld van thee is groot geworden en een kopje thee is al geruime tijd niet meer een standaard kopje English Breakfast. Het lijkt wel alsof er, telkens wanneer ik in de supermarkt voor het thee schap sta, steeds weer nieuwe smaken bijkomen. Veelal kruiden theeën of zwart thee met een fruitig smaakje.

Waar Pickwick misschien wel het meest ‘standaard’ goede merk is, heb je ook goedkopere varianten van huismerken. En die hele bijzondere…Die met biologische etiketten die zo net aan de zijkant staan; felle kleuren, vage namen, grote doosjes en de daarbij behorende grote prijskaartjes.

De hype rondom Clipper en Yogi

In een zeker ietwat verwende vriendenkring wordt louter “Clipper” gedronken en in de yogastudio wordt thee van “Yogi” heilig verklaard. Beide zijn gezond, natuurlijk en fairtrade geproduceerd. Beide heb ik getest, uiteraard.

En inderdaad, hoewel ik normaliter liever niet zomaar mee ga met trends en rages die enkel marketing technisch slim in elkaar zitten, moet ik toegeven dat ik deze trend wel degelijk begrijp. De kruiden melanges van Clipper en Yogi thees zijn werkelijk fenomenaal te noemen, een heus feestelijk kopje thee met een krachtige smaak. Het enige gevaar: Je wil haast niet meer anders.

Koopjes jagen voor theetjes

Om die reden blijf ik er op een veilige afstand vanaf en sla ik slechts toe wanneer er een mooie aanbieding is. Yogi thees vind ik het maar zelden waard, eerlijk gezegd. Tot nu toe zijn de aanbiedingen van Clipper veel aantrekkelijker. Bij natuur drogisten of supermarkten. Zoals ik ze vandaag voor de allerbeste aanbieding ooit bij de Lidl heb gescoord.

Oh hoe ik ooit in pure onwetendheid heb geleefd, denkend dat rooibos en sterrenmunt van Pickwick al speciale smaakjes waren. En dat zijn ze ook, want echte thee is het niet. Maar die planten- en kruidencombinaties die je nu in je kokend water kunt onderdompelen..Dat slaat wel alles.